80 dagen onderweg (geweest).

En zo stak de pelgrim de Seine over …

Van Vexin-sur-Epte naar Mantes-La-Jolie dat is net geen 27 kilometer gaf Apple Maps aan. Een normaal dagje, dacht ik. Maar wat een 27 kilometer bleek dat te zijn. Op een gegeven ogenblik kwam ik aan een afdaling waarvan ik heel even dacht, zou ik dat nu proberen, maar toen moest ik aan Albert 1 denken en besloot ik wijselijk een ander pad te zoeken. Ik zeg wijselijk, want daar zat ik dan op mijn gat, bijna aan het afdalen en al snel merkte ik: “nee dit gaat het niet worden”, maar dan moet je je wel terug naar boven sleuren. Ik was nooit in gevaar, geen zorgen, maar ik moet wel zeggen dat ik mijn stok en mijn gsm daar toch even heb gegooid om beide handen vrij te kunnen hebben. 

Ik zei dus wijselijk want zelfs op de veiligere route ben ik toch twee keer onderuit gegaan. 😂 

Een lastige tocht dus, maar zo mooi. Zo ontzettend mooi. Heb jij al ooit eens kilometer na kilometer rechtdoor gelopen zonder ooit uit een bos te zijn? Of een everzwijn naast je zien lopen? Of een filmpje gemaakt van kevers die een gat in de grond aan het graven zijn, waarbij je in je hoofd met je beste David Attenborough stem commentaar geeft in de zin van: “In these French forests you have to pay attention to the soil as well. Because that is the playground of these pretty busybodies.”

Zo nee, wel dat je moet toch eens doen. En wie weet kom je ook plots een oude betonnen vliegtuighangaar tegen in het midden van het bos. Waarnaar je net als een andere wandelaar met verstomming naar staat te gapen. Wat deed dat ding hier, echt in niemandsland in de ongerepte bossen. Heel even dacht ik een broekspijp verloren te hebben, maar het werd hem even te veel en die bleek gewoon even te rusten. Wel content dat ik toch even 50 meter ben teruggekeerd, of ik was ‘m echt kwijt. 

Het leven van een pelgrim is bij momenten toch echt fenomenaal en bij momenten toch ook lastig. Al moest ik vandaag ook denken aan die gek die elke dag een marathon heeft gelopen en hoe mijn 30 kilometer wandelen daarbij verbleekt qua prestatie. 

Na de ongerepte bossen, de fantastische vergezichten en een dartel everzwijn kwam ik aan in een vrij grote stad. Eerst even via een voetgangersbrug de Seine oversteken met opnieuw zicht op een monumentale ‘kathedraal’. Al is deze niet officieel een ‘echte’ kathedraal, zo bleek. Initieel was de geur van de stad, zonder overdrijven, echt niet aangenaam. Wellicht dat het contrast met een hele dag in de bossen vertoeven te groot was voor mijn -nochtans niet zo gevoelig- reukorgaan. 

Ik kwam aan op mijn slaapplaats, waar een vriendelijke mevrouw me de weg toonde. Ik gooide alles neer, deed mijn schoenen en sokken uit (aaah, zo goed) en sprong in het kleinste badje ooit. Een groot bidet zeg maar. Ze hadden geen stop, dus even mijn hiel in de afvoer geramd zodat ik toch even een minibad heb kunnen nemen en geloof me die twintig minuten hebben deugd gedaan. 

En dan zit ik hier nu, halfnaakt (nee, je hoeft het je niet in te beelden), want er staat hier dus ook een wasmachine. Dus heb ik het risico genomen om echt ALLES in de wasmachine te keilen in de hoop dat het droog zal zijn tegen morgen. Het spannende leven van een pelgrim, binnenkort verkrijgbaar bij de betere boekhandel. 

2 reacties

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *